Zolang het maar niet over rechten of lobbyen gaat

ontwikkelingswerk in Ethiopië

door Diana Vernooij 

Diana Vernooij is bestuurslid van stichting Sundjata, die projecten van Afrikanen voor Afrika ondersteunt. Ze is eindredacteur van deze nieuwsbrief. Haar overwegingen en artikelen zijn te lezen op www.dianavernooij.nl

Ik ben in Addis Abeba, Ethiopië, en ik kan het raden aan hun manier van kijken of volwassenen in het buitenland hebben gewoond of zijn opgeleid. Er zijn Ethiopiërs die terugkeren om hier een bedrijf op te zetten of om hier oud te worden met het geld dat ze verdiend hebben in het westen. Ze hebben alerte ogen en gaan het gesprek met me aan. De mensen die nooit weg zijn geweest, ook al hebben ze gestudeerd, zijn geslotener, meer afwachtend. Ethiopië heeft een hiërarchisch werkende maatschappij, met een schoolsysteem waarin kinderen niet worden opgeleid om kritisch na te denken en vooral niet om vragen te stellen, verantwoording te nemen en vooruit te denken. Op school moeten kinderen de stof uit het hoofd leren en de leraar nadoen. Zo worden kinderen volgzaam, afwachtend en reagerend en dat zie je terug bij de volwassenen. Maar als een samenleving zich tegen corruptie en macht wil verzetten moeten de mensen kritisch kunnen volgen wat hen gezegd wordt en kunnen oordelen over wat waar is en goed. Ze moeten het lef hebben iets te ondernemen en het vertrouwen hebben dat ze anderen mee kunnen krijgen.

tegen de stroom
Ik loop rond in de wereld van ontwikkelingssamenwerking. Mijn vriendin Anne-Marie Zaat, bij wie ik logeer, werkt voor Edukans / DEC (Development Expertise Centrum), ondersteunt hen met fondsenwerving. Ik praat met haar en een paar vrouwelijke collega’s over hun werk. Ontwikkelingswerk is een wereld van projecten en geld van de Nederlandse overheid, de Europese Unie, de VN, en allerlei stichtingen en foundations die dat weer doorgeven. De Nederlandse en Europese overheid geven steeds minder
ontwikkelingshulp, maar er is wel geld voor programma’s voor jongeren en vluchtelingen. Men hoopt het aantal jongeren en vluchtelingen dat naar Europa komt te verminderen met goede scholing ter plekke. Het onderwijs is een logische plek om te beginnen als je een volk wilt steunen dat zijn lot in handen wil nemen. Unicef is daarin geïnteresseerd en ook Edukans, samen met haar Ethiopische zuster DEC. De toenmalige directeur van DEC heeft bewust gekozen voor educatie op het gebied van seksualiteit. Iedereen raadde het hem af, met seksuele voorlichting bezorg je jezelf geen status. Maar zo af en toe is er iemand die tegen de stroom in roeit. Scholing op het gebied van seksualiteit vond hij een noodzakelijk onderdeel van scholing aan jongeren. Het Nederlandse Edukans heeft het als thema, en de directeur van DEC ging erin mee. Het was lastig om partners te vinden, maar ze werden gevonden. Nu is de afdeling seksuele educatie een grote afdeling van DEC.

feministische idealen
DEC werkt aan een nationaal plan om jongeren bij te scholen. Het gaat over scholing over zelfbeschikkingsrecht en seksualiteit, over voorbehoedmiddelen en abortus, over uithuwelijking, homoseksualiteit, geweld, besnijdenis en vrije wil. En het gaat verder: door jongeren te vragen wat ze voor verwachtingen van hun leven hebben, welke plannen ze hebben, realiseren sommigen zich voor het eerst dat ze zelf iets te kiezen hebben. Ze leren gesprekken te voeren met ‘autoriteiten’, zoals hun vaders, waardoor ze voor zichzelf en hun rechten kunnen opkomen. Zo ontwikkelen ze ook de mentaliteit én de vaardigheden die nodig zijn om mondige burgers te worden. Met een hele ploeg mensen willen ze in 5 jaar tijd jongeren opleiden, en docenten van middelbare onderwijs tot contactpersonen scholen die de juiste gesprekken kunnen voeren en goed weten te verwijzen. Voorlichting moet in het schoolcurriculum komen en werkers bij gezondheidsinstellingen moeten zijn opgeleid om jongeren verder te begeleiden in hun keuzen op alle items rond seksualiteit. De Nederlandse Rutgersstichting is een van de financiers van deze uitgebreide vorm van seksuele educatie en hun geld is afkomstig van de Nederlandse overheid die soortgelijke projecten overal over de wereld ondersteunt. En meer dan geld biedt Rutgers een kader voor de trainingen en methodieken die dan wel weer moeten worden  aangepast aan de plaatselijke omstandigheden. Ik word enthousiast als ik ontdek dat mijn oude feministische idealen over zelfbeschikkingsrecht en bewustwording van machtsverhoudingen en het politieke dat persoonlijk is, hier springlevend zijn. De tweede feministische golf werkt blijkbaar nog steeds door – en wel nu hier. Dat er instituties zijn opgericht die methodieken overdragen die in het westen ontwikkeld zijn: ík heb het nooit beseft. Dit soort werk is het handwerk dat lange termijn verandering in gang zet.

She Decides
Maar het pad loopt niet over rozen. Hier in Ethiopië is 60% van de bevolking orthodox christelijk. Onder 18 jaar hoor je geen seks te hebben, en dus ook geen kennis van voorbehoedmiddelen, geen kennis van overdraagbare ziekten en abortus. Er is veel tegenwerking. Werk aan de winkel dus en tegelijk omzichtig optreden.
Vanuit Amerika en het Vaticaan zijn er sterke lobby’s gaande om de geldstromen te stoppen die er waren voor trainingen en hulp bij seksuele rechten. Het Vaticaan heeft eind vorige eeuw samen met een paar Afrikaanse landen een sterke lobby gevoerd tegen de gelijkwaardigheid van man en vrouw als een van de Milleniumdoelen van de VN. Dankzij lobbywerk van veel vrouwenorganisaties is de erkenning van die gelijkwaardigheid als doel er wel ingekomen. Zo’n door de VN erkend Millenniumdoel lijkt formeel, maar het geeft lokale voorvechters voor gelijkheid een sterke steun in de rug en opent de weg naar financieringsbronnen om het doel te kunnen gaan halen.
Ook de overheden in Afrikaanse landen, met name Kenia en Tanzania, worden door een beweging van rechtse christelijke financiers, die normaal gesproken veel geld geven, onder druk gezet. Als de overheid de NGO’s die op het gebied van seksuele educatie en hulpverlening (verstrekken van voorbehoedsmiddelen en abortus) werkzaam zijn de wacht niet aanzegt dreigen ze de hele financiering van de overheid in te trekken. Toen president Trump van de VS zijn steun introk, heeft onze toenmalige minister Lilian Ploumen gereageerd met het oprichten van het miljoenenfonds SheDecides, juist om seksuele educatie, voorbehoedmiddelen en abortus voor vrouwen in de derde wereldlanden toegankelijk te houden.
Sommige thema’s liggen extra gevoelig in Ethiopië. Homoseksualiteit bijvoorbeeld, en besnijdenis van vrouwen. Maar los daarvan verbiedt de overheid hier alle trainingen over “rechten” of “mensenrechten” of “seksuele rechten” of “lobbyen” of “belangenbehartiging”, omdat men beducht is voor opstand in het land. Dus het is lastig om jongeren zelfs maar te informeren over wat de wetten zeggen. Het is bijvoorbeeld voor meisjes die dreigen te worden uitgehuwelijkt tegen hun zin, goed om te weten dat zij volgens de wet niet mogen trouwen voor hun 18de. Dat zou hen helpen in het gesprek met hun vader over uithuwelijking. Dús gaat het over “convening and convincing” (bijeenroepen en overtuigen) in plaats van over “leren lobbyen en belangen behartigen”.

zoden aan de dijk
Ontwikkelingshulp krijgt vaak kritiek dat het geen zoden aan de dijk zou zetten. Veel ontwikkelingswerkers worden moe van het werk, de traagheid, de tegenwerking, de mislukkingen en de verspilling van geld. Als je naar het geheel kijkt kun je makkelijk cynisch worden, voorbeelden zijn er te over. Mijn vriendin Anne-Marie blijft optimistisch omdat ze begrijpt dat culturen hardnekkig zijn en de belangen van de overheden tegenstrijdig. Ze kijkt naar mensen, leert de culturele hobbels begrijpen en ziet het als een uitdaging daar vanuit de mogelijkheden aan te grijpen. En als ik inzoom op wat er wél gebeurt – gaat mijn hart sneller kloppen.