Vluchtelingencrisis: Crailo noodopvang of AZC?
– door Annie Schalkwijk –
In eerdere nieuwsbrieven is al informatie gedeeld rond de vluchtelingenopvang Crailo (in ’t Gooi). Kort de historie:
Nadat er 100 bewoners naar diverse plekken heen en weer verplaatst waren, hebben ze een half jaar in Crailo gewoond. Daarna is de groep over het hele land verspreid in Proces Opvang Locaties (POL’s) terecht gekomen, zoals in april in deze nieuwsbrief werd beschreven. Nieuwe mensen stroomden in en de noodopvang werd een Asiel Zoekers Centrum (AZC), bedoeld voor asielzoekers waarvan de procedure was begonnen of voor statushouders (mensen die hun verblijfstatus voor vijf jaar gekregen hadden) die nog geen huis hadden gekregen. De statushouders mochten, als ze dat wilden, naar Crailo terugkeren. De lokale politiek heeft zich er sterk voor gemaakt. Aan het einde van deze zomer zouden er 300 bewoners zijn en vóór het einde van het jaar 600. Niets is er daarvan terecht gekomen….
De samenwerking tussen het COA en ons als vrijwilligers was ook niet vlekkeloos verlopen, zoals te lezen was in de nieuwsbrief van juni. Het COA werkte ons tegen toen we de kick off party ‘meeting with Crailo’ wilden houden om AZC-bewoners met buurtbewoners in contact te brengen. Uiteindelijk moesten we de bijeenkomst op de parkeerplaats houden. Hoe is het mij sindsdien vergaan? Ik was boos, teleurgesteld en had dringend behoefte aan afstand en bezinning. Ik ben drie weken niet op Crailo geweest en de teleurgestelde bewoners hebben mij met rust gelaten.
Ik was zoekend of ik vrijwilliger wilde zijn onder het COA-regiem. Mijn Zen Peacemaker maatje Harriet schreef in de juni-nieuwsbrief: HET COA IS NIET DE VIJAND. Ik kon me dat niet van harte toe-eigenen. Ik besloot om bezoeker te blijven. Dat houdt in dat ik op afspraak met de bewoner het terrein op mag. De bewoner moet mij dan bij de bewaking ophalen. Na een paar weken kenden vrijwel alle bewakers mij wel. Na legitimeren en zeggen wie ik wilde bezoeken, kon ik doorlopen. Het voelde ook belangrijk om weer een lijntje te leggen met de lokatiemanager. Ik heb haar een mail gestuurd en om een afspraak verzocht om de volgende onderwerpen te bespreken:
- Wat is er nou toch zo mis gegaan?
- Waar liggen onze verschillen?
- En tenslotte, waar kunnen we elkaar vinden?
Per ommegaande kreeg ik een reactie: “Annie, graag. ”
We hebben een plezierige uitwisseling gehad en ze accepteerde dat ik geen vrijwilliger wilde zijn. De COA-regels passen mij niet. Ze heeft wel onmiddellijk actie ondernomen op mijn dringende vraag om specialistische hulp voor een 3-jarig kindje. De ouders voelden zich door medewerkers niet serieus genomen. Omdat ik het gezin redelijk vaak zag werd mij duidelijk dat het niet om een opvoedingsfout ging. Het gezin is intussen overgeplaatst naar Ter Apel waar ze in afwachting zijn van hun procedure. De zorg voor het jongetje is goed nu. Het is mij overigens volslagen onduidelijk waarom mensen twee maanden in the middle of nowhere hun procedure moeten afwachten. Ik heb dan ook geprobeerd hen voor zes weken terug te krijgen naar Crailo. Het antwoord luidde: “We zijn nu AZC en hebben geen programma meer voor noodopvang.” Ik snap het niet, maar ben steeds beter in staat om het te nemen zoals het is.
Intussen zijn er leuke bezoekjes en activiteiten. Fietsen over de hei, een kopje koffie met aandacht, naar de speeltuin met de kinderen….. Ik kreeg een aanbieding van een jachtwerfje om een middag met asielzoekers op Loosdrechts te varen. Zo fijn voor de mensen om even weg te zijn uit het “kamp”, weg van de oorlog in hun hoofd en de zorg om dierbaren. Dat zijn de geluiden die ik dan terug hoor.
Ik ondersteun twee vrouwen die een cateringbedrijfje willen starten. Ik heb hen aangemeld als vrijwilliger bij het Hospice waar ik jaren gewerkt heb. Ze zijn boventallig aangenomen als assistent van zowel de gastvrouw als de kok. Goed voor de uitbreiding van hun netwerk en het leren van de taal.
En dan ineens het bericht dat Crailo per 1 oktober moet worden gesloten, naar men zegt ‘zoals alle overige noodopvanglocaties’. Ik snap er werkelijk niets meer van. We waren toch een AZC geworden? Maar nu er sprake is van leegstand door een dalend aantal vluchtelingen, komt dit ze waarschijnlijk beter uit.
Verdriet, boosheid en onmacht bij de bewoners. Er wordt actie gevoerd en de burgemeester, als altijd, is er voor hen en biedt begrip en ondersteuning.
Er wordt druk uitgeoefend naar landelijk COA en de Commissaris van de Koning door de lokale politiek, ondersteund door Crailo-bewoners en vele groepen in de Gooise samenleving. Aan de mensen was beloofd dat dit de laatste locatie zou zijn voordat er een woning beschikbaar zou komen. Eén jongetje zei: “Papa, ik kan je niet meer vertrouwen, we mochten hier blijven en naar school gaan.”
Dit is zo pijnlijk en verdrietig!
Ook voor de volwassenen staat alles weer op losse schroeven, weer onzekerheid. Maar het laatste woord is hier nog niet over gezegd.
In mijn eigen proces van naast dit leed en verdriet te staan, te doen wat gedaan moet worden zonder in mijn hoofd de einduitslag vast te leggen, is dit wederom een grote uitdaging. Van mijn neiging, de oorlog te verklaren aan de vijand, heb mij weten terug te houden.
De G.R.A.C.E training van Roshi Joan Halifax kwam als een geschenk uit de hemel. Zij is de Abbot van UPAYA Zen Center in Santa Fe en een groot Peacemaker. Ik ga de training niet uitleggen. Het is een diepgaande, in stappen opgebouwde, compassietraining. Ik merkte tijdens de training dat ik, als ik boos word, stappen oversla. Dat gebeurt met name in situaties van (groot) onrecht. Ik verlies het contact met mijn eigen gronding en ruimte. Bovendien, zegt Roshi, zo’n emotie raakt altijd aan iets wat diep verborgen zit in jezelf. Dat wist ik natuurlijk wel maar deze keer raakte het nogal! Door de dagen erna te “zitten” (mediteren) met dit gegeven, merkte ik een diepe angst. Een angst voor geweld, voor isolatie, voor mishandeling…. De situatie in Europa, in de wereld, de oorlog, de vluchtelingen…, de manier waarop de wetgeving hiermee omgaat, vind ik zeer beangstigend.
Mijn volgende ontwikkelingsstap is om, naast aanwezig te blijven bij het lijden van de ander, ook aanwezig te blijven bij mijn eigen angst. Ik kan de systemen niet veranderen. Tegen het grote systeem kan ik via stemrecht en petities een geluid laten horen. In de werksetting vraagt het soms om niet openlijk te kritisch te zijn. Het kan gebeuren dat dan de toegang wordt ontzegd en het contact met, in dit geval de bewoners, wordt verstoord of onmogelijk wordt. En dat is wel het laatste wat ik wil.
Zo is iedere dag weer een oefening als Zen Peacemaker.