Geweldloos in Gent
Workshop Geweldloze Communicatie en Zen
Vrijdagnamiddag, een kring van stoelen in de zendo van Zen Sangha. We stellen ons voor door onze verwachting van de workshop te formuleren. Sommigen zijn al oude rotten, anderen absolute beginners (altijd goed in een zenomgeving). Ruud Baanders van Mahakaruna zal ons op het GC pad gidsen.
Eerste brainstormoefening : Wat maakt communicatie onaangenaam ? Ha, een makkelijke! Post-itjes worden vol gepend en in boomvorm op de muur geplakt. En welke soort communicatie bevalt wel ? Waarom dan wel ? Er wordt aan een behoefte voldaan. We diepen het verder uit : behoeften zijn universeel, maar spelen niet allemaal op elk moment even hard. Als we een behoefte onderkennen (bij onszelf of een ander) ligt de weg naar oplossen van conflicten open. We maken het onderscheid met wensen en strategieën. Dan komt het gevoel op de proppen : wat je voelt als er aan een behoefte al dan niet voldaan wordt. Ook hier valstrikken : een gevoel is géén gedachte en legt de oorzaak niet bij de ander (bv. Ik voel me genegeerd). Wat triggert het gevoel ? Er gebeurt iets. Dit proberen we te beschrijven zonder er al een be- of veroordeling in te fietsen. Een waarneming dus, géén interpretatie. Vanuit deze drie componenten komen we tot een verzoek, aan onszelf of aan de ander. We eisen niet. Hé, dat was al behoorlijk veel voor de eerste dag. We nemen nog mee naar huis dat de intentie onze GC bepaalt : verbinding maken en met de aandacht in het huidige moment te zijn. Helemaal Zen dus.
De volgende morgen borrelen de nachtelijke ruminaties over GC op. Moeten/kunnen alle behoeften voldaan worden ? Niet per se, de aandacht ervoor is belangrijk. Moeten we altijd verbinding proberen te maken ? Nee, ook niet. Ruud demonstreert ons (met handpoppen) het verschil tussen jakhalstaal en giraftaal. Grappig ! Maar altijd giraftaal ? Schiet de wereld dan nog op ? GC hoeft niet altijd, is zelfs niet altijd geschikt. Ook uit onaangename communicatie kunnen we leren, maar we moeten kijken wat eronder zit.
Dag twee is praktijktijd. In groepjes van twee of drie oefenen we het taalgebruik in. We proberen zinswendingen uit om onze behoefte te formuleren (“ik heb behoefte aan..” kan soms wat melig klinken). Daarna zoeken woorden voor ons gevoel. Niet makkelijk om bovengenoemde valstrik te omzeilen. Beleefdheid op zich is ook geen deugd, want dikwijls een muur waar we ons achter verschuilen en dus niet verbindend. Op korte situatieschetsen oefenen we de waarneming en het verzoek.
Daarna komt het grotere werk. De 4 instrumenten (in tegels op de grond) uitproberen als een intern GC gesprek met een voorbeeld uit eigen leven. Er wordt gefronst, gestapt, terug gestapt, opgeklaard, terug gefronst. We begeleiden elkaar op het traject. Niet direct een vloeiende wals, maar erg verhelderend. ’s Namiddags de stoeloefening. Ook weer een eigen situatie, waarbij de oefenmaat de rol van gesprekspartner opneemt. Confronterend hoe je met een “gewone” communicatiestijl op verzet knalt ! We zoeken en stotteren, stappen soms naar de tegel van het oordeel om stoom of te blazen, proberen opnieuw. En dan ineens is er een inzicht en een verbinding.
We sluiten de workshop af met evaluaties en goede voornemens. Blijven oefenen : in stilte voor jezelf, in groepjes, in een dagelijkse situatie. Alvast een besef dat direct van toepassing is : met een open geest aan communicatie beginnen, oude systemen en gewoonten durven loslaten. Niet weten, dus. Hoe Zen kan je zijn ?
Isabel C. Zen Sangha, Antwerpen