Verslag van de fietstocht “dakloos Den Haag”, 22 augustus 2015
Onder de bezielende leiding van Gerard van der Zandt, een ware ambassadeur van de daklozen, vond deze tocht plaats. Annie Schalkwijk nam het peacemaker deel voor haar rekening; de luisterkring en dana. Bij meer dan nog 5 deelnemers zou er een wachtlijst komen. Niets zo veranderlijk als een wachtlijst! Die hebben we even gehad, toen weer niet. Vlak voor de start zaten we op 5 deelnemers, we gingen van start met 3. Om 13.00 uur sloot zich tenslotte nog een vrouw aan.
We startten bij Domus, het vroegere Sociaal pension van Het Leger des Heils. Eigenlijk kenden we de betekenis van het woord ‘domus’ niet. Eén vrouw wist dat het Latijn voor huis betekent. Nader onderzoek leverde mij het volgende op: een Domus was in de Romeinse oudheid een stadswoning voor de rijkere klasse. De minderbedeelde klassen woonden in appartementencomplexen, de zogenaamde insulae (een soort huurkazernes).
Wat speciaal dat Het Leger gekozen heeft voor deze benaming.
Hier in Domus wonen ongeveer 40 mensen met meervoudige problematiek, zowel verslavings- als psychiatrische problemen. Gerard noemde deze plek (met alle respect) het afvalputje van Den Haag. Ik ervaarde dat beslist niet zo. Mensen werden met respect bejegend en konden behoorlijk vrij rondlopen. Er wordt geprobeerd een dagstructuur te bieden zoals vaste tijden voor maaltijd. Het lukt uiteraard niet altijd. Mensen hebben een eigen kamer, mogen er ook ‘gebruiken’. Er is beperkte mate van overleg en activiteit. Naast een portier is overdag altijd een verpleegkundige aanwezig en 3 begeleiders. Er is een ruimte waar mensen wat activiteit kunnen doen, een zakcentje bij verdienen. Zo was er iemand fanatiek aan het schoenen poetsen. Eén vrouw wilde soep koken maar vond de ingrediënten te sober, ze ging het dus vast niet doen! Diep respect voor de medewerkers die dat gewoon allemaal lieten gebeuren.
Daarna op de fiets naar Kessler Stichting.
De Kessler Stichting is al sinds 1912 een begrip in Den Haag. Vanaf dat jaar worden er dak- en thuislozen opgevangen, verzorgd en begeleid. Er is veel veranderd sinds die tijd, wat is gebleven zijn kwetsbare mensen die het zonder steuntje in de rug en een helpende hand niet langer alleen redden. De helpende hand bestaat inmiddels uit begeleiding van professionele en betrokken medewerkers die vanuit een visie en met behulp van een methodiek werken.
We lunchten in het personeelsrestaurant, vervolgens rondleiding. Daklozen kunnen bij de gemeente een pasje krijgen, daarmee hebben ze recht op een plaats. Per nacht zijn de kosten €2,-, daarvoor een warme maaltijd, bed, douche en ontbijt. Er zijn één- en tweepersoons kamers voor de meest onrustigen, maar ook een zaaltje van tien waarbij stapelbedden. Er zijn 100 plaatsen en vol is vol! Als je geen geld hebt of niet komt is je plek voor iemand anders. Ook hier komen sommige daklozen in de bekende vicieuze cirkel. Je moet een geldig identiteitsbewijs hebben, een postadres en een daklozenuitkering. Dat laatste krijg je ook pas weer als je dat adres hebt en daar moet je twee weken voor in de opvang geslapen hebben. En als je geen geld hebt kom je er niet in. Nog steeds een wat rammelende wetgeving!
Overigens zagen de ruimten er hier ook overwegend schoon en verzorgd uit. Nog even de soepbus bekeken die van hieruit vertrekt, zes keer in de week. Blikken Unox soep, gesponsord door Unox. Wat ik schokkend vond was het kleine luikje van waaruit de soep wordt uitgedeeld. Riep bij mij de associatie op van “daklozen zijn vies en agressief”. Weinig mogelijkheid tot persoonlijk contact. Als Gerard vrijwilliger is op de bus stapt hij gewoon uit.
We vervolgden onze fietstocht naar Reakt, een dagvoorziening voor dak- en thuislozen. Helaas, wegens omstandigheden gesloten.
Na even in het park gezeten te hebben op naar Domus 3, een woonvoorziening voor ex-daklozen, ook weer van Het Leger des Heils. Hier wonen 15 mensen, allemaal met de potentie om door te stromen naar een nog zelfstandiger woonsituatie. Ze hebben hier een taak in het huishouden en hebben allen een dagbestedingsplek. Ieder een eigen kamer, wel gedeeld sanitair. Ook hier een prettige en respectvolle sfeer. Er werd door een bewoner koffie en thee voor ons gezet, we mochten van iemand de kamer zien, fijn!
Tenslotte bij de Grote Markt naar het Aandachtscentrum.
Het Oecumenisch Aandachtscentrum is een open huis in het hartje van Den Haag. Het is open voor hen die een moment van rust en stilte zoeken in het leven van alledag.
Iedereen is welkom! De gasten worden met respect benaderd en kunnen hier even op adem komen en een luisterend oor vinden. Zoals in een huiskamer, gewoon onder elkaar met een kopje thee of koffie.
Ook kunnen zij informatie of raad krijgen als ze de weg niet weten in het ingewikkelde netwerk van hulp- en welzijnsinstellingen. Gaat het om een specifiek probleem, dan worden ze geholpen met het vinden van de juiste instantie of persoon voor hulp of begeleiding. Voor meer uitgebreide informatie, zie http://www.aandachtscentrumdenhaag.nl/
Bij aankomst was Harriet Marseille al aanwezig. We werden uitgebreid en trots meegenomen door één van de gasten om zijn schilderijen te bewonderen. Vervolgens koffie en/of thee door een gastvrouw. Ze vertelde ons over de gang van zaken in het Aandachtscentrum. Er is een stilteruimte waar drie keer per week een korte oecumenische dienst wordt gehouden, 15 minuten. De gasten worden uitgenodigd deel te nemen.
We mochten deze prachtige stilteruimte gebruiken voor onze luistercirkel. Er valt veel te zeggen en te leren in- en over een luistercirkel. Onlangs las ik “luistercirkel is onder andere een veilige plek waar je onveilige dingen in kunt brengen”.
Hier wordt mee bedoeld dat wat in de cirkel gezegd wordt ook in de cirkel blijft. Het enige wat ik er nu dus over kan en mag zeggen is dat het een mooie afronding van de dag was. En als laatste nog de boeddhistische oefening van vrijgevigheid. In één woord ‘dankbaar’.