Twee virtuele exposities over de genocide op Banda

een uitnodiging door Alexandra Jonin

Gezicht op Banda, aquarel door Johannes Vingboons, 17e eeuw

Het is dit jaar precies vier eeuwen geleden dat Jan Pieterszoon Coen de bevolking van de Banda-eilanden liet uitroeien. Het Westfries Museum staat stil bij deze misdaad tegen de menselijkheid met een veelzijdige online tentoonstelling. Stemmen uit Indonesië en Nederland toen en nu spreken de bezoekers toe. Een foto-expositie in het Scheepvaartmuseum verbindt eveneens het verleden van Banda aan het heden en onderzoekt de betekenis van koloniaal erfgoed. 

De Banda-eilanden, die deel uitmaken van de Molukken, waren in de 17e eeuw de enige plek ter wereld waar muskaatbomen groeiden, die de overal gewilde muskaatnoten produceren. De Nederlandse Verenigde Oostindische Compagnie (VOC) probeerde een monopolie op nootmuskaathandel af te dwingen. Toen dat niet lukte, liet gouverneur-generaal Jan Pieterszoon Coen de eilanden in 1621 ‘ontvolken’. Een groot deel van de bevolking werd vermoord, een deel werd belegerd en verhongerde en wie kon vluchtte. Van de inheemse bevolking van tussen de 10.000 en 15.000 mensen overleefde een klein deel, waarschijnlijk vooral vrouwen, kinderen en bewoners van de buitenste eilanden. Zij werden als slaaf weggevoerd. Vervolgens haalde de VOC tot slaaf gemaakten van elders om de nootmuskaat te oogsten. Zo werd Banda de allereerste Hollandse op slavernij gebaseerde plantage-economie.

Nootmuskaat

In de online tentoonstelling ‘Pala – Nutmeg tales of Banda’ van het Westfries Museum in Hoorn klinken stemmen uit zowel Nederland als uit Banda en Indonesië – uit het verleden en het nu. Er valt veel te beluisteren, lezen en bekijken: historische bronnen, gedichten, liederen, tekeningen, traditionele en hedendaagse kunst en cultuur, artikelen, geluidsopnames, filmpjes en interviews. De tentoonstelling is overzichtelijk ingericht in zes online ‘zalen’: Banda, De noot, Connecties, 1621, Exploitatie en Echo.

De doorwerking van de traumatische gebeurtenissen van 1621 en het niet-Nederlandse perspectief worden nadrukkelijk belicht. Niet alleen in historisch opzicht maar ook aan de hand van culturele uitingen; een van de filmpjes gaat bijvoorbeeld over een traditionele en helende dans op Banda waarmee dorpelingen de massaslachting herdenken en hun vermoorde voorouders eren. In de zaal Exploitatie gaat het niet alleen over de specerijenhandel en de plantage-economie, maar geeft de in koloniale geschiedenis gespecialiseerde Reggie Baay een heldere inleiding op slavenhandel en slavernij in “de Oost”. Er is nog altijd weinig oog voor, maar de slavenhandel in Azië als “bijvangst” was enorm en heeft vele levens ontworteld en getekend.

In “Echo”, de laatste zaal klinkt een traditioneel reislied. Er zijn onder meer filmpjes te zien waarin Molukse Nederlanders vertellen over hun familiewortels op de Banda-eilanden. En ten slotte vallen de uiteenlopende en goed onderbouwde meningen van historici en opiniemakers te beluisteren over het standbeeld van Coen in Hoorn, en wat ermee zou moeten gebeuren. Dat zet aan het denken.
“Pala – Nutmeg tales of Banda is in mijn ogen een zeer geslaagde online tentoonstelling. Uitgebreid en afwisselend geeft de expositie een eigentijdse en kritische blik op de genocide in 1621 en de koloniale aspiraties van de VOC en plaatst deze in een brede context.

Ga voor de tentoonstelling van het Westfries Museum naar: https://pala.wfm.nl – deze online expositie kent geen einddatum.

Dit portret van de ‘perkslavin’ Roosje is gemaakt in 1817 door marineofficier Quirijn Maurits Rudolph Ver Huell en komt uit de “collectie Museum Arnhem”. Zie: https://mijngelderland.nl/inhoud/specials/sporen-van-slavernijverleden/roosje-in-de-herinneringen-van-ver-huell#!#customCarouselDetail 

 


I love Banda

‘I Love Banda’ in het Scheepvaartmuseum in Amsterdam verknoopt de geschiedenis op een frisse manier met het heden. Naast de prachtige stranden, de nog werkende vulkaan Gunung Api en de overweldigende natuur, zijn in het landschap sporen te vinden van de Nederlandse koloniale aanwezigheid in de vorm van massieve forten, kanonnen en restanten van plantages. Documentair fotograaf Isabelle Boon onderzocht hoe het bewogen verleden zich toont in het heden. Vanuit het perspectief van zes jongeren van de eilanden ontvouwt zich een vertelling over erfgoed, identiteit en jong-zijn. Het verhaal en de achtergronden van “I Love Banda” staan op de website van het Scheepvaartmuseum, waaronder de ontroerende updates van de jongeren die Isabelle Boon enkele jaren geleden fotografeerde. Ook zijn daar binnenkort minicolleges te vinden, en een podcastserie over de actuele betekenis van koloniaal erfgoed.

Ga voor deze tentoonstelling naar: https://www.hetscheepvaartmuseum.nl/doen/tentoonstellingen/i-love-banda De foto-expositie is tot en met 7 november 2021 te bezichtigen in het Scheepvaartmuseum in Amsterdam.