Niet-weten klopte aan de deur 

Workshop Inquiry voor mindfulness-trainers
door Carolien Timmermans

Carolien Timmermans werkt sinds 1986 in de psychosociale hulpverlening. Ze geeft groepstrainingen mindfulness in een gezondheidscentrum in Eindhoven en individuele begeleidingen vanuit de mindfulness- en compassiebenadering in haar eigen praktijk in Nuenen. Zie: www.zelfkennisonderzoek.nl

Hoe niet-weten aan mijn deur klopte en ik een stapje in haar richting zette, leerde ik tijdens een Inquiry-workshop. Inquiry is het bespreken van mindfulness-oefeningen waarbij ervaringen en inzichten uitgewisseld, gespiegeld en verdiept worden.Vanuit allerlei nascholingen voor mindfulnesstrainers ken ik het oefenen van de inquiry, het levert nieuwe vaardigheden en inzichten op.

niet-weten
Altijd gaat het over het oefenen met intiem luisteren. Er zijn 3 thema’s:

  1. het leren opmerken zelf;
  2. de reacties op datgene wat opgemerkt wordt;
  3. de patronen die aan de reacties ten grondslag liggen of er uit voortvloeien.

Met een gevoel van blijdschap reed ik naar de workshop toe, en er waren sensaties in mijn lichaam. Ik kwam met een lichte spanning de ruimte binnen: ik wil het graag goed doen.

Deze keer liep de workshop anders dan anders. De trainer, Rob Vincken, vertelde in zijn introductie dat hij het spannend vond een workshop van twee uur te geven aan ons en dat hij niet wist hoe het zou gaan lopen. In een kennismakingsronde vertelde iedereen bij welke bekende namen hij of zij scholing gevolgd had. Op het scherm toonde hij de woorden : It’s hard to do inquiry without a slight sense of panic – Marc Williams, en The biggest enemy of knowledge is not ignorance, but the illusion of knowledge – Stephan Hawking. Samenvattend in zijn eigen woorden was de rode draad van zijn pleidooi: “Als je denkt dat je iets kent, kun je niets meer leren. Durf het niet te weten, durf fouten te maken, durf te blunderen. Inquiry is het niet-weten. Resoneer mee, 90% van je gedachten en gevoelens is alleen maar conditionering. Hoe strakker je iets gelooft, hoe sterker de vereenzelviging ermee. Hoe moeilijker je jezelf kunt zien, hoe moeilijker de inquiry. Je kunt aardig vast komen te zitten in de rol van de hulpverlener. Houd op de serene mindfulness-trainer uit te hangen.”
Vervolgens kwamen reacties van de mindfulness trainers met als strekking: “Allemaal waar en mooi, maar mensen verwachten iets van mij als psycholoog / praktijkondersteuner / mindfulness-trainer. Tenslotte willen we allemaal het beste voor de deelnemer, nietwaar?“. Af en toe was er ook stilte in de groep. Waren de woorden gehoord maar nog niet geland?

Daarna volgde de verwachte trainers-inquiry-oefening. Een van ons is de trainer en de rest van de groep zijn de cursisten. Ik zie hoe goed de trainer het doet. Bij de nabespreking van de inquiry geven de cursisten de trainer complimenten. Onze conditionering werkt goed. Ja, we willen het allemaal goed doen. Wat de trainer conditionering noemt zou je ook vastgeplakte gedachten, gevoelens en gedragingen kunnen noemen. Het inzicht is er wel maar de dagelijkse praktijk is weerbarstiger! Zijn zijn woorden misschien toch nog niet geland?

met een buiging
De week na de workshop begeleidde ik een mindfulness-training en waren we in les 5: Toelaten en accepteren wat er is. Er waren veel deelnemers met zelfkritische gedachten en gevoelens van onzekerheid. De laatste zin van de meditatieoefening was om bij de ademhaling in gedachten te zeggen: ”Het is oké. Laat mij het maar voelen, het is oké”, en dit te herhalen en op te merken wat er gebeurt.

In de inquiry stelde ik vragen over het Toelaten van zelfkritische gedachten, en liet dit overvloeien in het thema Zelf-compassie. Ik besloot een zijweg in te slaan terwijl ik tegelijk de gedachte had dat dit fout was, dat het niet hoort in het programma van de mindfulness-training. Ik voerde een zelfcompassie-oefening in, zoals ik geleerd heb van Irène Bakker. De oefening is eerst compassie te ervaren voor iemand die je niet persoonlijk kent, dan compassie te hebben met iemand die je wel persoonlijk kent, en daarna met dezelfde liefdevolle ogen naar jezelf te kijken een wens voor jezelf te doen. Er was gesnotter hoorbaar, veranderingen in ademhaling, meer bewegingen van lichamen. Ik startte de inquiry na de oefening met: “Wie wil iets vertellen over wat je opgemerkt hebt?”.
Er volgden stiltes in de groep. “Ik zie dat er van alles gebeurt” zeg ik met de gedachte in mij dat ik niet moet niet duwen. Er waren gevoelens van onzekerheid in mij. Zijn de woorden van de compassie-oefening wel gehoord maar nog niet geland?

Ik besluit de loopmeditatie uit een eerdere les te herhalen. Terwijl de aandacht bij het afrollen van de voeten was, herinnerde ik me de uitspraak van Rob: ”Houd op de serene mindfulness-trainer uit te hangen”. En er volgde nog een gedachte: “Intiem luisteren is ook een verbondenheid tussen trainer en deelnemers. Durf ik het gebied binnen te gaan vanuit openheid en niet-weten?”

We gingen weer in de kring zitten en ik vertelde over mijn allereerste ervaring met deze zelfcompassie- oefening, jaren geleden. Ik vertelde hoe de oefening me raakte, hoe geëmotioneerd ik was, dat ik echt van slag was. En ik voelde mijn onzekerheid en keek rond naar de deelnemers. Toen volgden er vele reacties. Rens vertelde dat ze haar vader heel dichtbij had gevoeld tijdens deze oefening, voor het eerst sinds zijn overlijden 5 jaar geleden. Dat ze diep geraakt was. Birgit vertelde dat ze ineens de behoefte voelde haar zus te vertellen dat ze van haar hield, iets dat ze nog nooit gezegd had. De zus, die de belangrijkste persoon in haar leven was en die haar door haar moeilijke jeugd heen had gesleept! Ze besloot het nog diezelfde week tegen haar zus te gaan zeggen. Mieke vertelde huilend dat ze zo moe werd van haar gedachten die zeiden dat ze iedere keer weer de liefde van anderen moet verdienen door eerst te geven aan anderen, en dat ze geen compassie aan haarzelf kon geven. Na enkele inquiry-vragen zei ik: “Ik heb ook geen kant en klaar antwoord. Misschien kun je stapje voor stapje deze wens herhalen, alles op zijn tijd. Zo doe ik het ook.”

Niet-weten klopte aan mijn deur. Ik groette en zette, met een buiging, een stapje in haar richting